Algemene economie en bedrijfsomgeving - 6e druk 2021
Home | Begrippentrainer > Hoofdstuk 3
Kies oefenmethode
Toon begrippen
Toon definities
Begin
Elastische vraag
Prijselasticiteit van de vraag kleiner dan -1.
Inelastische vraag
Prijselasticiteit van de vraag tussen 0 en -1.
Prijselasticiteit van de vraag
De relatieve verandering van de vraag naar een product gedeeld door en als gevolg van een relatieve verandering van de prijs.
Kruiselingse elasticiteit
Het verband tussen de afzet of omzet van een product en de prijs van een ander product.
Inkomenselasticiteit van de vraag
De verandering van de vraag naar een product als gevolg van en gedeeld door de verandering van het inkomen.
Inkomenseffect
De toename van de koopkracht van het inkomen door een prijsdaling van producten.
Substitutie-effect
De verdringing van producten als gevolg van een prijsverlaging van een ander product.
Consumptiepatroon
De samenstelling van het consumptiepakket ter bevrediging van de behoeften.
Seizoenpatroon
Wisselende vraag als gevolg van klimatologische factoren.
Vraagfunctie
Het verband tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product.
Overige behoeften
Behoeften die gericht zijn op veiligheid, sociale relaties, waardering en zelfontplooiing.
Basisbehoeften
Behoeften die gericht zijn op het fysieke voortbestaan.
Consumentenvoorkeuren
Prioriteiten in het aankoopgedrag van consumenten.
Levensstijl
Min of meer samenhangende normen- en waardepatronen die invloed uitoefenen op het (koop)gedrag van individuen.
Inferieure goederen
Goederen met een negatieve inkomenselasticiteit.
van