Vorm van licentieverlening waarbij een bedrijf een contract afsluit met een buitenlandse fabrikant die in zijn eigen land (het gastland) de producten – conform de vastgelegde specificaties – vervaardigt.

Exportstrategie waarbij een onderneming zelf de buitenlandse markt bewerkt met een eigen verkoopkantoor, marketingafdeling of vestiging in het gastland.

Een door de rijksoverheid afgekondigd algeheel verbod op de invoer van een bepaald product.

Onafhankelijk bedrijf dat voor een aantal ondernemingen de export naar bepaalde gebieden verzorgt en voor hen optreedt als agent (en voor een organisatie in wezen de functie van een interne exportafdeling vervult).

Bij deze samenwerkingsvorm kan een ondernemer, met een professionele ondersteuning, gebruikmaken van een bewezen succesformule en profiteren beide partijen van de schaalvoordelen van de totale organisatie.

Opportunistische aanpak waarbij een bedrijf af en toe zijn productieoverschot in het buitenland verkoopt zonder zich hiervoor echt in te spannen.

Strategie waarbij een bedrijf zijn producten wereldwijd gestandaardiseerd aanbiedt, maar tegelijkertijd streeft naar (beperkte) aanpassingen die inspelen op de wensen en behoeften van lokale afnemers.

Internationale marketingbenadering waarbij het bedrijf zijn strategie in elk land niet aanpast aan de specifieke kenmerken van die markt, maar zich concentreert op de overeenkomsten tussen de afnemers in diverse landen en vanuit die optiek probeert om zijn wereldwijde marketingstrategie te standaardiseren.

Onderneming die op eigen naam en voor eigen rekening bepaalde exportmarkten bewerkt met producten die zij van exporterende bedrijven krijgt toegeleverd.

Belasting op de invoer van een product. Invoerrechten werken prijsverhogend en beperken zo de invoer.

Exportstrategie waarbij een onafhankelijke organisatie in het gastland – namens de opdrachtgever – de buitenlandse markt bewerkt.

Marketingactiviteiten gericht op markten en doelgroepen over de landsgrenzen heen.

Vorm van samenwerking tussen twee zelfstandig blijvende bedrijven (bijvoorbeeld een exporterende en een buitenlandse onderneming) die gestalte krijgt in een nieuwe onderneming (bijvoorbeeld in het buitenland), waarvan zij beide eigenaar zijn en die – in het kader van de strategische alliantie – gezamenlijk wordt bestuurd.

Entreestrategie waarbij een bedrijf aan een buitenlandse partner het recht verleent om een product te vervaardigen met toepassing van zijn productiemethode, in ruil waarvoor het een aandeel in de opbrengst ('royalty') ontvangt.

Benadering in de internationale marketing waarbij het bedrijf zijn marketingbeleid afstemt op de lokale omstandigheden op de buitenlandse markt en in elk land te werk gaat alsof het een lokale onderneming is.

Een door de overheid opgelegde beperking van de hoeveelheid producten van een bepaald type die uit het buitenland mag worden ingevoerd.