Vorig jaar werd een machine aangeschaft voor € 400.000. De restwaarde aan het einde van jaar 1, 2, 3 en 4 wordt vastgesteld op respectievelijk: € 300.000, € 250.000, € 180.000, € 100.000.
De grondstofkosten bedragen € 15 per product.
In het eerste jaar worden 10 000 producten gemaakt. Ieder jaar daalt de productie met 500 stuks.
Bereken de economische levensduur.
|