Benoem de vragende voornaamwoorden. Vink het juiste antwoord aan.
Basisvaardigheden grammatica - 2e druk - 20102.5.4 Vragend voornaamwoord
Wie kan mij vertellen hoe laat die nachtbus vertrekt?
Weet iemand toevallig welke bus ik dan moet nemen?
Wat heb je aan je vriend gezegd over dat incident?
Wat voor een les krijgen we van welke docent?
Wat je daar nu zegt klopt voor geen hout!
In welke hoedanigheid ontving de minister deze buitenlandse gasten?
Soms vraag je je af, waarom sommige jongeren dat zo leuk vinden.
Waarmee maakten die inwoners van dat gehucht ons dat duidelijk?
Weet jij in wat voor een plaats we zijn aangeland?
Zijn moeder vroeg zich nog af, welke functies op dat horloge zaten.