De student:
begrijpt het systeem van de belasting over de toegevoegde waarde van een ondernemer
kent de grootboekrekeningen Te vorderen omzetbelasting, Te betalen omzetbelasting en Af te dragen omzetbelasting
weet dat betaalde omzetbelasting op uitgaven en inkopen gekoppeld is aan de te vorderen omzetbelasting
weet dat de omzetbelasting die door de ondernemer in rekening wordt gebracht bij de verkoop van producten en/of diensten gekoppeld is aan de te betalen omzetbelasting
weet dat het saldo van de te betalen omzetbelasting en de te vorderen omzetbelasting op het einde van de boekingsperiode wordt overgeboekt naar de grootboekrekening Af te dragen omzetbelasting
weet dat de grootboekrekening Af te dragen omzetbelasting aan dient te sluiten met de aangifte omzetbelasting
Schematisch is op deze wijze de belasting over de toegevoegde waarde weer te geven:
Omzetbelasting bij kortingen en toeslagen |
De student:
weet dat kwantumkorting of rabat verrekend dient te worden door middel van een factuur en er dus geen correctie met betrekking tot de omzetbelasting plaatsvindt
weet dat kwantumkortingen wel geboekt worden door de leverancier, maar niet door de afnemer
weet dat betalingskortingen in verband met een snelle betaling in mindering worden gebracht op het totale factuurbedrag
kent de mogelijkheid van de leverancier om door middel van een creditnota de omzetbelasting in de geclaimde betalingskorting in aftrek te nemen op de te betalen omzetbelasting
kent de regels rond de omzetbelasting in verband met de kredietbeperkingstoeslag zoals ze tot uitdrukking komen in het onderstaande overzicht: